"De ogen van de broers Taminiau blijven mij achtervolgen," schreef Bart Heesbeen in zijn nagelaten bekentenis, kort voor hij in januari 2003 zelfmoord pleegde. Bart en compagnon Puk Verspeek vermoordden in juli 1998 vier mannen op landgoed De Blauwe Hoef in Hilvarenbeek: de Limburgse drugsdealers Rinus den Boer en Nico van Golde en de broers Polle en Frank Taminiau. Na de biecht van de zelfmoordenaar duurde het nog een jaar voor de politie openlijk tot actie overging.
‘Ik ben aan ‘t rijden. Ik heb een paar jongens bij me, ik bel je over een half uurtje terug.’ Zegt Nico van Golde (39) tegen zijn vriendin Valerie. Het is donderdagavond 16 juli 1998. Nico zit samen met zijn compagnon Rinus den Boer(45) in de auto, ze rijden in de buurt van Tilburg. De twee Maastrichtenaren hebben die avond ‘een belangrijke afspraak’ met Puk Verspeek (27) en Bart Heesbeen (31) uit Den Bosch.
Den Boer is een grote jongen uit het Limburgse drugsmilieu, Verspeek is klein van stuk, vandaar zijn bijnaam Puk, maar als xtc-laborant speelt hij een behoorlijke rol. Wat de vier mannen deze avond precies willen bespreken is niet helemaal duidelijk, maar het draait uit op een ordinaire ripdeal, die zich afspeelt op landgoed De Blauwe Hoef in Hilvarenbeek.
Geen van de betrokkenen zal hebben vermoed dat het op de toegangsweg is naar de villa Dendermonde, van de vooraanstaande familie Taminiau. Frank Taminiau was op 1 juli 18 jaar geworden. Hij is deze avond naar een rijschool in het naburige Chaam geweest om theorielessen te volgen. Zijn twee jaar oudere broer Polle komt hem om tien uur ophalen in zijn witte Citroxc3xabn AX. Als ze om tien voor half elf de oprit naar villa Dendermonde naderen, zien zij de oude Mercedes van Rinus den Boer voor hen op het pad staan en zijn ze ongewild ooggetuige van de moorden. De jongens worden koelbloedig, met schoten door het hoofd, afgemaakt en bij de dode Rinus (foto links) en Nico (foto rechts) in de greppel gegooid. ‘Ze moesten slapen’, verklaarde Bart Heesbeen later.
Er start een immens politie-onderzoek, dat zich vooral richt op het xtc-milieu in Limburg, Brabant en Rotterdam. Talloze verdachten worden getapt, er worden minstens zes criminele organisaties op het gebied van xtc en vrouwenhandel opgerold. Twee keer duikt er een naam op van een zogenaamde ‘kennisdrager’: iemand van wie de politie vermoedt dat hij weet wie de moorden heeft gepleegd. In beide gevallen gaat het om xtc-criminelen: een man uit Heerlen en een man uit Rotterdam. Beiden hebben nauwe contacten met een beruchte Limburgse xtc-bende.
Achteraf lijkt het erop dat er in het milieu wel enkele mensen op de hoogte waren, maar tot januari 2003 tast de politie in het duister. Dan komt er een verrassende ontknoping: Bart Heesbeen zoekt via zijn familie contact met Peter R. de Vries: hij wil hem iets vertellen. Voor het tot een afspraak komt, pleegt Heesbeen zelfmoord: hij hangt zich op in de woning van zijn vriendin. Zijn vader haalt hem uit de strop, en vindt in zijn werkbank een testament in boekvorm. Er staat onder meer: "Ik heb vreselijke spijt van wat er in Hilvarenbeek is gebeurd. De ogen van de broers Taminiau blijven mij achtervolgen. Ik wil vastleggen wat er precies gebeurd is, opdat de zaak kan worden opgelost en de familie Taminiau gemoedsrust zal krijgen."
In opdracht van Bart verbrandt Heesbeen senior het boek, de volgende dag gaat hij naar de politie en naar Peter de Vries. Volgens zijn vader werd Bart in de weken voor zijn zelfmoord ernstig bedreigd. Zijn belagers dreigden onder meer zijn zoontje iets aan te doen. Wie die belagers zijn is nog niet bekend, maar waarschijnlijk gaat het om de twee mannen die vorige week zijn gearresteerd: een 36-jarige snackbar-exploitant uit Den Bosch, die een contract zou hebben getekend dat hij levenslang voor Puk Verspeek als xtc-laborant zou werken, en een 37-jarige bromfietshandelaar uit Boxtel. De advocaat van de verdachten, mr. Arthur van der Biezen, wil niet meer kwijt dan dat de mannen worden verdacht van medeplichtigheid en dat er weinig concrete details bekend zijn.
In het Bossche milieu is vooral met verbazing gereageerd op de aanhouding van de mannen, die geen van beiden een criminele achtergrond hebben. Gesuggereerd wordt dat ze als bodyguards hebben gefungeerd, of dat ze betrokken zijn geweest bij het maken van de afspraak tussen de vier drugsdealers.
Waarom het na de biecht van Heesbeen nog een jaar duurt voor de politie zichtbaar overgaat tot actie, is onduidelijk. In februari 2004 worden er twee bomen omgezaagd op de plek waar de liquidatie heeft plaatsgevonden. Ze worden in stukken afgevoerd en meegenomen voor onderzoek. Volgens een woordvoerder van justitie heeft dat echter niets met de arrestatie van de twee mannen, noch met de biecht van Heesbeen te maken.
Peter de Vries nam, toen hij was benaderd door Heesbeen, meteen contact op met justitie, "maar daar deed men heel erg paniekerig en wilde men de deur dichthouden. Ik had regelmatig contact met de familie en die smeekte me steeds nog even pas op de plaats te maken. Om het onderzoek niet te verstoren, heb ik dat gedaan, en ook wel omdat ik die familie nodig had. Toen het mij allemaal toch te lang ging duren, heb ik gezegd: nu ga ik uitzenden. Toen volgden patsboem de arrestaties en de bekendmaking."
Bart Heesbeen (foto links) pleegde zelfmoord, Puk Verspeek (foto rechts) sneuvelde bij een ordinaire cafxc3xa9ruzie om een vrouw. In de nacht van vrijdag 22 op zaterdag 23 januari 1999 wordt hij met zijn eigen pistool doodgeschoten in cafxc3xa9 ‘t Huukske in Den Bosch. Puk heeft dan al elf jaar een haat-liefderelatie met de bloedmooie Manuela D.(25). Ze hebben een dochtertje van vijf jaar. Puk is extreem jaloers en bezitterig, Manuela is daar niet van gediend en de twee hebben voortdurend heftige ruzies waarbij lichamelijk geweld van beide kanten geen uitzondering is. Puk draait zelfs enige tijd de cel in voor mishandeling van Manuela. Hij zit sowieso veel binnen, ook voor andere geweldsdelicten en xtc-handel.
Begin januari 1999 heeft Manuela het weer eens ‘definitief’ uitgemaakt, maar op donderdagnacht komt Puk onverwacht binnenvallen: hij wil ‘nog xc3xa9xc3xa9n keer’ bij haar slapen. Om zeven uur ‘s morgens vertrekt Puk: hij moet naar Limburg, maar als hij om tien uur terugkomt moet Manuela thuis zijn, zo niet dan zal hij haar bij de eerste de beste gelegenheid daarna kapotschieten, kondigt hij aan. Maar Manuela is niet bang: ze gaat die avond gewoon op stap. Als Puk haar niet kan vinden, draait hij helemaal door. Als een waanzinnige rijdt hij de mogelijke adressen af waar ze kan zijn, tot hij bij cafxc3xa9 ‘t Huukske komt, waar iedereen behoorlijk aangeschoten is.
Tussen de alcoholdampen aan de bar is die avond iets moois opgebloeid tussen gewezen schoorsteenveger Franco C. (30) en Manuela. Franco en Puk zijn aartsvijanden: zeven jaar geleden hebben ze ook al eens ruzie gehad om een vrouw. Franco vertelt tegen een vriend dat hij deze avond gaat scor
en bij ‘dat mokkeltje van Puk’ en inderdaad wordt er wat gezoend en geknuffeld. Tegen Manuela zegt Franco: ‘Als Puk komt: niet naar buiten gaan, maar binnen laten komen, ik sloa hem kei-kapot!’ Als Puk het cafxc3xa9 binnenkomt, heeft hij in zijn ene hand zijn mobiele telefoon, in de andere, onder de jas, een pistool.
Manuela weet meteen dat er iets helemaal verkeerd zal gaan. Puk kwam nxc3xb3xc3xb3it een cafxc3xa9 binnen, hij bleef altijd in de auto zitten en liet haar naar buiten komen. Puk loopt regelrecht naar de hoek waar Manuela en Franco staan en tikt Manuela op de schouder.
(de reportage over de dood van Puk staat hier)
Bij de dood van Puk, in ‘t Huukske, is Bart Heesbeen niet betrokken, maar de zaak heeft voor hem ook een vervelende nasleep. Criminelen uit Heerlen claimen een bedrag van 500.000 gulden, dat ze bij Puk hadden gexc3xafnvesteerd. Waarschijnlijk ging het om hetzelfde project als waar Rinus en Boer en Puk Verspeek aan werkten en waarvoor ze op die fatale avond in Hilvarenbeek de ‘belangrijke afspraak’ hadden: een nieuwe xtc-pil, die in het Limburgse de naam ‘sekspil’ had gekregen: het tabletje zou een verbijsterend erotisch effect teweegbrengen. Zowel Rinus als Puk hadden laten vallen dat ze ‘nog xc3xa9xc3xa9n keer een grote klapper’ wilden maken. Het is er niet meer van gekomen.
Leave a Reply